top of page

Grünmensch of de groene elite van de Vlaamse Ruit

Foto van schrijver: Joost ElliJoost Elli

De resultaten van de pompeuze Kessel-Lose enquête Vorm 3010 zijn bekend. Mijn gevreesde voorspellingen komen daarmee uit. De uitslag is representatief voor hoe de groene elite onder het mom van burgerinspraak ons een rad voor ogen draait in de hele Vlaamse Ruit*. De rest van het land staat er bij en kijkt er naar.


Bewoners werden middels een online vragenlijst gepolst naar hoe zij hun gemeente in de toekomst zien. “Schrijf het op,” stelde ik drie maanden geleden in Plasbeton. “We stevenen af op een Kessel-Lo met nòg meer straten exclusief voor vergunninghouders, plaatselijk verkeer, besloten parkings voor bakfietsen en stadsbloembakken waarvan je de ecologische voetafdruk niet wil kennen.”

In Nederland hebben ze het - analoog aan ons Vlaams stedelijk kerngebied, die Vlaamse Ruit dus - over Randstedelijke arrogantie. Daar woont het clubje dat onder meer stelt dat ‘we het er inmiddels met z’n allen wel over eens zijn dat Zwarte Piet niet meer van deze tijd is’, een uitspraak zo absurd dat ze alleen gedaan kan worden door iemand die nooit buiten de grote steden komt.


“Een onverplicht referendum is vaak een maat voor niets,” schreef ik nog. “Het zal vooral de stem van de slimmerik zijn die doorweegt.” En aldus: 82% van de respondenten is hogeropgeleid. Voor het gemak werd niet verder ingegaan op het profiel van de stemmers. Er werd hooguit onderscheid gemaakt in leeftijd (50% van de deelnemers is tussen de 26 en 45 jaar oud) en geslacht. Geen woord over etniciteit. De Nederlandse sociaal-ecoloog Thiëmo Heilbron (directeur Fawaka Nederland) heeft het nochtans over ‘een gigantisch gebrek aan diversiteit bij de groene prominenten’. Hij kwam daar zelf achter toen hij een prijs in het groene wereldje in ontvangst mocht gaan nemen. Hij heeft het over ‘witte, hoogopgeleide mensen, die elkaar op de schouders en zichzelf op de borst kloppen. Kijk ons eens goed bezig zijn, zo’n sfeer’.

De meerderheid van de stemmers (62%) vindt dat straten regelmatig afgesloten mogen worden voor ontmoeting en ontspanning, (56%) wil wonen in een straat met veel groen, speel- en ontmoetingsruimte, (65%) wil dat auto’s vooral uit de woonwijken geweerd worden (65%).

54 % neemt het vaakst de fiets. En, dat zegt wellicht meer, slechts een kleine 3% neemt het vaakst de wagen. Het mag duidelijk zijn wie hier heeft gestemd.

Het valt merkwaardig te noemen dat Vooruit op de gewestelijke barricaden staat tégen het afschaffen van de stemplicht voor de lokale en provinciale verkiezingen. Vlaams Volksvertegenwoordiger Kurt De Loop verwoordt het zo: “Vooral lageropgeleiden, jongeren en mensen met een lager inkomen hebben de neiging om niet te gaan stemmen als het niet verplicht is. Ook minderheidsgroepen zouden de verkiezingen sneller aan zich laten voorbij gaan.”


Die redenering gaat plots niet meer op het voor de overwegend rood-groene Leuvense college van burgemeester en schepenen. Een vrijblijvend referendum draait dus uit zoals voorspeld. Of: hoe peilingsuitslagen bij voorbaat worden gemanipuleerd door de manier waarop ze worden gehouden. Hier, in de Kessel-Lose vragenronde, spint Vooruit er volop garen bij, bij de gemeenteraadsverkiezingen zal het hen zuur opbreken. En dat weten ze. Maar nu komt het even goed uit.

“Willen we echt terug naar de tijd waar slechts een deel van de bevolking, vooral hogeropgeleiden, politiek mee beslist?,” vraagt De Loop zich nog af. Nee dus. Maar dat is wat het soort enquêtes als Vorm 3010 wel in de hand werkt. Van mij mag het allemaal. Maar verkoop het niet als democratie. Het gaat om macht, natuurlijk, waarom zou je anders aan politiek doen? Als macht van geen tel is ga dan postzegels verzamelen, dan heb je in de politiek niks te zoeken. Maar zeg dat dan gewoon. Maak de mensen niet wijs dat het niet om de postjes te doen is. Het hòòrt om de postjes te doen te zijn.


Het karikaturale beeld van de Grünmensch, een Gutmensch, maar dan groen, wordt in mijn gemeente volop bevestigd: de vegetarische bakfiets- of Tesla-rijder, met zijn dak vol zonnepanelen en het boodschappenmandje vol biologische groenten, die op ieder feestje zelfgenoegzaam verkondigt hoe begaan hij wel niet is met de planeet. Daarmee zet hij meteen pijnlijk in de verf dat een duurzame levensstijl vaak beperkt blijft tot een gegoede bovenlaag. Anders gezegd: hoe het duurzaamheidsvraagstuk de sociale tegenstellingen nog dreigt te vergroten. Er ontstaat een een zelffeliciterende groene beau monde die neerkijkt op de massa. De ‘groene klassers’, de zelfverklaarde verbinders, aaien elkaar over de bol terwijl aan de andere kant een grijze klasse ontstaat: twee werelden met ecologische en economische ongelijkheid. Klimaatverandering wordt zo een splijtzwam: de eco-elite versus de milieupaupers.


En zo wordt duurzaam leven een voorrecht, een niche-activiteit , een hobby voor goedverdieners. Het zijn de minderbegoeden die milieuheffingen betalen op hun oude wagen omdat ze geen geld hebben voor een nieuwe, elektrische laadpalen komen er alleen in welgestelde buurten en het is vooral in de sociale huurwoonsten dat de elektriciteitsrekening hoger uitvalt omdat ze slecht zijn geïsoleerd.

Ondertussen bevredigt de gegoede groene zichzelf door duurzaamheid terug te brengen tot ethisch consumeren en betaalt met de glimlach drie keer meer voor het gehakt van de Vegetarische Slager, koopt hij bio- en Fair Trade-producten tegen een eerlijke prijs en compenseert hij bij het vliegen zijn CO-voetafdruk met snel wat bomen te planten ergens ter wereld. Zo simpel kan het zijn: de morele keuze is meestal de duurdere.

Een echte duurzame samenleving zal er nooit komen zolang de zogenaamde groene levensstijl voorbehouden is aan een bevoorrechte klasse. Om maar wat te zeggen: subsidies die bedoeld zijn om duurzaam gedrag te stimuleren stromen meestal naar de hogere inkomens die het zich kunnen permitteren om te investeren in zonnepanelen of een elektrische auto.


De eco-elite redt het niet alleen. Laat ons voorkomen dat de film Elysium bewaarheid wordt: een upperclass woont in het jaar 2159 in een ruimtestation, op de overbevolkte en geruïneerde aarde heerst armoede. De facto bestaat Elysium her en der al, in de mooie groene wijken waarin vooral witte burgers erg ‘duurzaam’ leven. Zolang duurzaamheidsprojecten niet worden gedragen door de hele bevolking blijft het een maat voor niets. Er zal, naast een overheidsbeleid, van onderop moeten worden gewerkt, met jongeren, kansarmen, allochtonen, die zelf ervaren hoe ze verschillen kunnen maken. Maar daar krijg je vuile handen van. Een automatische incasso naar Oxfam werkt zoveel makkelijker, dat is waar.



Vind je deze blog wel wat hebben? Geef hem onderaan een hartje! Delen op Facebook of Twitter kan ook: klik op de knop linksonder en klaar.

2021, 24 mei, Herent (België). Foto: Bart Cloots. Model: Floris Cloots.

Met dank aan Laurina Mathues (IG: @laurinamathues/FB: @laurina.mathues.7) voor het lenen van de bakfiets.


* Vlaamse Ruit: het stedelijk kerngebied in Vlaanderen rond en tussen de grootstedelijke gebieden van Brussel, Gent, Antwerpen en Leuven.


De Nederlandse krant Trouw maakt sinds 2009 de Duurzame 100, een ranglijst van de honderd meest invloedrijke Nederlanders op het gebied van duurzame ontwikkeling. Met name vanaf 2019 wordt de lijst interessant, vanaf dan wordt gefocust op ‘initiatieven van onderop’.


In 2018, het jaar van onder meer de #metoo, blikte de Nederlandse talkshow De Wereld Draait Door op het seizoen terug onder de naam The Times They Are a-Changin'. "Wie het gemist heeft en altijd al benieuwd was hoe de kloof tussen links en rechts en Amsterdam en provincie er precies uitziet moet de uitzending even terugkijken," schreef columniste Angela de Jong (Algemeen Dagblad) achteraf. De uitzending kijk je hier (ook via NPO Start), haar column lees je hier.


De film Elysium is momenteel te bekijken op Netflix.

129 weergaven

Gerelateerde posts

Alles weergeven

Eigen volk

Plasbeton

Commenti


bottom of page