De meeste ingeweken Vlaamse Brusselaars blijven niet. Ze wonen een poos in De Vijfhoek, daarbij natuurlijk de Dansaertbuurt met stip op 1. Ze gaan naar het Kaaitheater of de Beursschouwburg waarop ze elkaar bevredigen op het Sint-Goriksplein of in De Markten. Nadat ze dan na enkele jaren klaar zijn met de gauche caviar uit te hangen trekken ze, zich leeggeprostitueerd, weer naar Vlaanderen, om er hun kinderen naar witte scholen te sturen. Brussel is om van te houden en te haten.
Tot mijn verbazing verblijft een goede kennis er intussen al jaren. Ze is single en vooralsnog kinderloos, dat verklaart al wat. Eerst huurde ze in Schaarbeek, in de schaduw van de Reyerstoren en naast het Josaphatpark, waar ze al eens op een terras van de Poppins zat met Eva De Roo en andere zondagskinderen. Tegenwoordig betrekt ze een prachtig appartement in Sint-Gillis, parel aan de Brussels kroon en steeds meer thuis van de bobo’s.
Ik kom er graag. Want wie rondwaart in het centrum waant zich op vakantie. De architectuur imponeert zelfs wie er ongevoelig voor is. Sla Casa Batlló volgend jaar eens over: de mooiste art nouveau staat hier. Victor Horta, ooit zelf Sint-Gillissenaar, is nooit ver weg. Of waan u nietig, tegenover het monumentale ‘Hôtel de Ville’ in neorenaissance.
De voertaal in Saint-Gilles is Frans. Ik zeg wel degelijk: Frans. Wallon c’est moche, hier spreken ze la langue de Molière. De wijk is een verzamelplaats van les expatriés français. Ook fijn: een flink deel van de Portugese gemeenschap troept hier bijeen. En het blijft niet bij pastéis de nata en franceshinhas: met 140 nationaliteiten tekent de halve wereldkeuken present. Van breakfasten bij Rascal’s (nota bene uitgebaat door Fransen) over Filipijns brunchen bij Good Phil tot dineren in het veelgeprezen Vietnamese Nénu. En de alternatieve maandagavondmarkt op het Van Meenenplein slijt gerechten uit alle windstreken. De eigen roots worden gelukkig niet verloochend: Fernand Obb serveert zijn meermaals gelauwerde garnaalkroketten in een pand dat op een oude beenhouwerij lijkt (bijnaam: den comptoir van Belgische volkskeuken) en het politiek correcte Le Dillens staat voor lokale, duurzame seizoenskeuken, vanzelfsprekend geaccompagneerd met natuurwijnen en Fairtrade-koffie. Hier brengt de vlezekeir zijn vers gekapt voor de pain de veau of de ballekes elke dag zelf naartoe.
En al die horecazaken zitten vol. Met alleen maar witte mensen. Ze lachen weinig. Ze hebben nochtans tijd. En flexibele werkschema’s. En geld. Sint-Gillis is een dorp. De grootstad ligt beneden. Het contrast met de weg te voet ernaartoe is groot. Die weg start aan Brussel-Zuid: afgelopen september kreeg een man er een messteek in de hals. Dan is het waden door gebarende, rokende mannen op de terrassen van de theehuizen. Café Astorio, in de Argonnestraat, is bekend van de schietpartij in juni (2 doden en 3 gewonden). In diezelfde straat: een vijfvoudige mesaanval in augustus. In april werd er bij nacht een wagen in brand gestoken en daarna een Kameroens restaurant (nadat het eerder al was beschoten). Verderop controleren drugboefjes het Bethlehemplein waar de enige anderen die worden gedoogd moeders met spelende kinderen zijn. Een naïef uitziend heerschap zoals ik laten ze met argusogen kijkend nog net door. Hier werd twee jaar geleden een 20-jarige man doodgestoken.
Afgezien van een superette of een garagist wordt in deze buurt uitsluitend gewoond. Vaak in verloederde herenhuizen, versierd met onwaarschijnlijk knappe ornamenten die een rijk verleden laten vermoeden. Hoe dieper de wijk in des te mistroostiger het wordt. Van langsom is er steeds minder volk op straat. Letterlijk pas met het stijgen van de hoogtemeters daalt opnieuw de achtergesteldheid. De gegoede Sint-Gillisenaar van het dorp ziet dit niet. Die neemt de premetro en laat het letterlijk aan zich passeren. New York is Amerika niet en Sint-Gillis niet Brussel.
Vindt u deze blog wel wat hebben? Geef hem onderaan een hartje!
Delen op Facebook of X kan ook: klik op de knop linksonder en klaar.
Wilt u graag reageren? Dat kan beneden op deze pagina (opgelet: uw reactie is zichtbaar).
2024, 25 september, Sint-Gillis (gemeentehuis) (België).
Comments