top of page
Foto van schrijverJoost Elli

Cringe Nederlands

Aan het station hangt een nieuwe banner: Welcome to Leuven. Why the fuck moet dat nu weer in het Engels?  I’m helemaal done.


Ach, het gaat mij niet om steenkolenengels of verhaspelingen, zoals I fok horses of multitaksen, of over jongerentaal en leenwoorden. Het gaat over tergend Engels. Maar vanaf wanneer wordt Engels dan tergend?

Voor de goede orde: Engels in het Nederlands valt vaak te rechtvaardigen. Het vult een onbestaand woord in (rock, timing) of brengt variatie (hoekschop en corner); het flatteert (tank top versus marcelleke) of verkort (verdovende middelen tegenover drugs); Engelse woorden zeggen soms meer dan wat er staat: een smile is geniepig, een loser verliest altijd. En dan zijn er nog die specifieke klanken die meer body geven (excusez le mot), bijvoorbeeld de aanloop en de korte stop in ‘sjjjjjhit!’. Kijk, aan dit soort van Engels erger ik mij niet. Noem mij dus geen anglofoob. De meeste mensen trouwens evenmin. Ook vraagt niemand vertrouwde begrippen (baby, website) te vernederlandsen. En als ze goed zijn worden nieuwe woorden gewoon vlotjes omarmd (voorbeeld: het grappige selfie).


Ergerlijker zijn bedrijfsleuzen (Think possible, Together we change) of programmatitels (behalve dan misschien Ex on the beach). Op het randje: het-fenomeen-van-de-dag (greenwashing, needle spiking) en trendy (rimshot!) onwelvoeglijkheden (grooming, gaslighting, ghosting, stalking, victim blaming — breadcrumbing en pocketing klinken dan weer bijna schattig). Simpelweg irritant is dat overbodige kantoor-Engels (meeten, sparren …). Maar de ziekmakende grens wordt bereikt als Nederlandse en Engelse volzinnen door elkaar worden gebruikt. Het heeft een naam: codewisseling.


Bedrijven zijn er al een paar decennia mee besmet. Het leidde tot alsmaar bespottelijker taalgebruik (‘Wij zijn op zoek naar een chapter lead creative content die een uitdaging ziet in het voortzetten van de Agile Transformatie’), maar goed: het bleef lang beperkt tot die ene protserige wereld. Totdat Astrid Coppens er met haar vettige John aan het begin van de jaren tien op tv mee kwam. Toegegeven, het was nog één seizoen lang grappig (‘Pimping my jeeeep, I love doing thaaat. Dat is echt mijn dieeeng.’), en als vorm van partiële assimilatie, ze sprak het tenslotte in L.A., zelfs verdedigbaar. Anders is dat bij Vlaamse artiesten als Coely, Dalilla Hermans en konsoorten. Die spreken dat taaltje hier bij ons, zogenaamd vanwege van hun persoonlijke achtergrond, hun culturele invloeden en het milieu waarin ze zich bewegen. Het is tenenkrommend (dat is Nederlands voor cringe). Bij wijze van voorbeeld: Coely heeft het in een interview over “hoe mensen van church allemaal people zijn die dat nice vinden, die unity, dat family-feel, tegenover people die heel lonely zijn in de community dat juist als  ‘this is not us’ voelen.”

Codeswisselen staat haaks op mensen als de comédienne Jovanka Steele en destijds Barrie Stevens (wie herinnert zich ‘m nog, uit de Soundmixshow: ‘doorjchaan, voorjal doorjchaan!’) die hun uiterste best doen om als Engelstaligen in Nederlands taalgebied vooral géén Engels te gebruiken. Het maakt van hen gerespecteerde landgenoten die een intelligente indruk nalaten. Voor Coely en Dalilla, beiden opgegroeid in het Antwerpse is er, buiten het feit zichzelf interessant te willen maken, geen enkele reden om het te doen. Het effect is trouwens precies andersom. In 2006 ontdekte professor Daniel M. Oppenheimer dat onnodig complex taalgebruik ertoe leidt dat mensen als minder intelligent worden gezien. Teksten met ingewikkelde en anderstalige woorden worden negatiever beoordeeld dan eenvoudige versies. Lezers denken vaak dat de schrijver indruk wil maken, wat juist een averechts effect heeft. For what it's worth. Want: laat ons zeggen dat Coely en Dalilla met hun respectievelijk 43.000 en 27.000 volgers op Instagram net iets meer gehoor hebben dan ik.  Maybe it’s dus what people like. Anyway, I go against the grain, ik zwem against the tide en ik march to the beat of my own trommel. I'm just keep going doorj.



Vindt u deze blog wel wat hebben? Geef hem onderaan een hartje!

Delen op Facebook of X kan ook: klik op de knop linksonder en klaar.

Wilt u graag reageren? Dat kan beneden op deze pagina (opgelet: uw reactie is zichtbaar).

2024, 16 september, Leuven (Martelarenlaan) (België). Foto: Bart Cloots.


Toch zin in Nederlandse alternatieven voor Engelse leenwoorden? Ze zijn allemaal te vinden op Vindpunt.nl.

Lees hier het artikel Tien Redenen van J.J. Bakker uit Onze Taal van 1987.


De titel van het onderzoek van professor Oppenheimer luidt Consequences of Erudite Vernacular Utilized Irrespective of Necessity: Problems with Using Long Words Needlessly.


45 weergaven

Gerelateerde posts

Alles weergeven

Vettige Jan

Comments


bottom of page